Dag 24: Zonde; Erfzonde en Persoonlijke Zonde
5. Wij geloven dat de zonde in de wereld kwam door de ongehoorzaamheid van onze eerste ouders, en door de zonde de dood. Wij geloven dat de zonde tweeledig is: erfzonde of verdorvenheid, en daadwerkelijke of persoonlijke zonde.
5.1. Wij geloven dat de erfzonde, of verdorvenheid, die ontaarding van de natuur van alle afstammelingen van Adam is, waardoor ieder mens ver afgeweken is van de oorspronkelijke gerechtigheid of van de reine staat van onze eerste ouders ten tijde van hun schepping, van God afkerig is, geen geestelijk leven bezit en voortdurend tot het kwade geneigd is. Verder geloven wij, dat deze erfzonde naast het nieuwe leven van de wedergeboren mens blijft bestaan, totdat het hart volledig wordt gereinigd door de doop met de Heilige Geest.
5.2. Wij geloven dat de erfzonde daarin verschilt van de daadwerkelijke zonde dat ze een overgeërfde neiging tot daadwerkelijk zondigen is, waarvoor niemand verantwoordelijk gesteld wordt totdat de door God gegeven remedie veronachtzaamd of verworpen wordt.
5.3. Wij geloven dat de daadwerkelijke of persoonlijke zonde een bewuste schending van een bekende wet van God is door een moreel verantwoordelijk persoon. Ze moet daarom niet verward worden met onopzettelijke en onvermijdelijke tekortkomingen, zwakheden, fouten, vergissingen, mislukkingen of andere afwijkingen van de norm van volmaakt gedrag, die de resterende gevolgen zijn van de zondeval. Deze niet toegerekende gevolgen omvatten echter niet die gedragingen of reacties die tegengesteld zijn aan de gezindheid van Christus, die terecht zonden van de geest genoemd kunnen worden. Wij geloven dat persoonlijke zonde in de eerste plaats en ten diepste een schending van de wet der liefde is; en dat in relatie tot Christus zonde gedefinieerd kan worden als ongeloof.
Handboek Kerk van de Nazarener 2023 p.22-23
De omschrijving van zonde in Johannes 16:8-9 vind ik persoonlijk erg bijzonder: zonde als het niet geloven in Christus. Deze gedachte komt ook terug in andere bijbelteksten. Verlossing van de zonde begint namelijk met vertrouwen op de Zoon van God. Het eerste gebod dat ons gegeven wordt, is om God lief te hebben boven alles. Wanneer we daarvan afwijken, vervallen we vanzelf in de zonde. Alleen door dicht bij God te blijven, kunnen we een zuiver leven leiden. Niet door ons vertrouwen te stellen op mensen of aardse dingen, maar door te geloven dat Christus het werk in ons zal volbrengen.
Leven met Christus betekent echter dat we niet vrijuit mogen zondigen, zoals Romeinen 6 ons leert. God gehoorzamen weerhoudt ons daarvan. We zijn geen slaven meer van de zonde, maar mogen vanuit vrijheid leven met de allerhoogste God. Bevrijd van de zonde en in dienst van God, mogen wij het eeuwige leven leiden. Dit besef mag ons innerlijke vrijheid geven, omdat we Christus kennen.
Herken jij momenten van innerlijke vrijheid en bevrijding van zonde?
Lezen voor dag 24:
- Matteüs 22:36-40;
- Johannes 8:34-36;
- Johannes 16:8-9;
- Romeinen 6:11-23;
- 1 Johannes 3:4;

